Automatisch Blokstel met Beveiligd Linker Spoorautomatisch blokstelsel met bev ls

1e druk, december 1985.

Uit de inleiding:
Het doel van een blokstelsel is een zekere afstand te onderhouden tussen twee treinen die in dezelfde richting over hetzelfde spoor rijden en, indien het blokstelsel daarvoor ingericht is, ervoor te zorgen dat twee treinen op hetzelfde spoor niet in tegengestelde richting kunnen rijden.
Vroeger werden de blokseinen ter plaatse door blokwachters bediend. Tegenwoordig kennen we vrijwel alleen nog automatische blokstelsels waarbij de blokseinen door de trein 'bediend' worden of door bepaalde voorwaarden die het gebruik van een blok beïnvloeden zoals b.v. sleutelschakelaars, bruggen en grendels.
Van de automatische blokstelsels welke heden ten dag bij NS in gebruik zijn noemen we het:

Automatisch blokstelsel zonder linkerspoorbeveiliging
Dit blokstelsel is ingericht om beveiligd over het rechterspoor te kunnen rijden. Het linkerspoor-rijden, bij dit systeem "Verkeerd Spoor rijden" genoemd, is gebonden aan een aantal technische en reglementaire beperkingen en kan alleen met een speciale lastgeving VS (Verkeerd Spoor) plaatsvinden. Verkeerd spoorrijden is een tijdrovende zaak vanwege de te volgen procedures en de lage gemiddelde treinsnelheid, terwijl ook de treinfreguentie erg laag is omdat op stationsafstand gereden moet worden. Voor het linkerspoor zijn n.l. geen blokseinen geplaatst.

Automatisch blokstelsel met dubbelenkelspoorbeveiliging
Toepassing van een automatisch blokstelsel met dubbelenkelspoorbeveiliging, ook wel 4-draads APB genoemd, betekent dat een spoor van de vrije baan voor beide rijrichtingen gelijkwaardig is beveiligd.
Het hoofdkenmerk van dit systeem is dat rijweginstelling naar de vrije baan mogelijk is zonder dat vooraf een rijrichting behoeft te worden gekozen. Deze eenvoudige bedieningsmogelijkheid is vooral van belang voor korte baanvakgedeelten waar volgens dienstregeling zowel links als rechts wordt gereden.
Het systeem kent een grote flexibiliteit, zowel in de normale exploitatie als bij verstoring van de treindienst, vanwege de mogelijkheid om treinen onderweg te kunnen laten keren. Deze mogelijkheid is ook van belang bij het rijden met werktreinen. De seinen en overwegaankondigingen functioneren namelijk ook normaal voor een trein die tegen de oorspronkelijke rijrichting in terugkeert. Ook voor het linkerspoor is een volledige indeling in tussenblokken (van 1000 tot ca. 1800m) gebruikelijk. De overwegen zijn voorzien van een zgn. balansschakeling en middensecties. De schakelingen voor de Aki's en Ahobs staan verder los van die voor het blokstelsel, afgezien van een controle op de juiste stand van de overbruggingsrelais, NSR, SSR of ESR, WSR, in de seinsturing. Bij een spontane bloksturing, bijvoorbeeld een sectiestoringr op een 4-draads APB-baanvak tonen alle naar de storing toe leidende seinen rood. De seinen welke van de storing afleiden blijven groen tonen. Bij een sectiestoring welke optreedt bij het passeren van een trein (sectie blijft af achter de trein) is de hinder beperkt tot het betreffende blok.

Automatisch blokstelsel met beveiligd linkerspoor-rijden
Dit systeem heeft als hoofdkenmerk dat, voorafgaand aan een rijweginstelling naar de vrije baan, de rijrichting door de treindienstleider moet worden bepaald. Men spreekt daarom ook wel van een automatisch blokstelsel met rijrichtingskering. Het keren van de rijrichting betekent ook dat de aankondigingswegen van de overwegen "omgeschakeld" worden. De aankondigingssecties voor de tegengestelde rijrichting worden dan buiten spe| gezet. In het algemeen treft men bij de overwegen geen middensecties aan. Op het merendeel van de dubbelsporige baanvakken met beveiligd linkerspoor-rijden is het linkerspoor niet in tussenblokken verdeeld. Er wordt dus over het linkerspoor op 'stationsafstand' gereden. Deze lijnen staan te boek als baanvakken met beveiligd linkerspoor.
Bij een aantal baanvakken is het linkerspoor verdeeld in een beperkt aantal tussenblokken. Dit type wordt dan beveiligd linkerspoor-rijden met tussenseinen genoemd.
Voorbeelden van dit soort baanvakken zijn o.a.:
Amersfoort - Zwolle
Woerden - Gouda.
Er bestaan ook baanvakken waarop een volledige blokindeling langs het linkerspoor aanwezig is. Dit verhoogt de capaciteit van het baanvak bij linkerspoor-rijden. Door de volledige seingeving langs beide sporen lijken deze baanvakken op dubbel-enkelspoorbeveiliging, maar qua systeem horen ze thuis onder de categorie beveiligd LS-rijden.
De baanvakken waar het hier om Baat zijn o.a.:
Eindhoven - Helmond
Den Haag - Schiedam.
De benaming voor deze baanvakken is beveiligd LS-rijden met blokseinen.
ln 1.2 wordt nader ingegaan op de eigenschappen en de verschijningsvorm van de drie voornoemde typen welke vallen onder de categorie automatisch blokstelsel met beveiligd LS-rijden, kortweg ook wel 'beveiligd linkerspoor' genoemd.

De download link voor Automatisch Blokstelsel met Beveiligd Linkerspoor rijden.